16 maart 2017

‘Meneer De Hond, komt u binnen.’

‘Goedemiddag dokter, fijn dat ik zo snel bij u langs mocht komen!’

‘U bent verlamd?’

‘Ja, ik heb een dwarslaesie.’

‘Hoe heeft u die gekregen, door een auto-ongeluk?’

‘Ehm… nee.’

‘U had dus een ander ongeluk.’

‘Nee, het was geen ongeluk. Althans, het was ook weer geen geluk. Maar ik geloof dat de oorzaak voor ons gesprek van vandaag niet heel relevant is.’

‘Hoe kwam het dan?’

‘Nou ja, er is iets misgegaan bij een operatie, toen werd een bloeding over het hoofd gezien.’

‘Medische complicaties dus?’

‘Als we dan toch precies zijn: medische complicaties die door nalatigheid niet zijn opgemerkt. Maar dat is nu alweer vijftien jaar geleden en volgens mij doet dat voor ons gesprek vandaag niet ter zake.’

‘Goed. U bent volledig verlamd, vanaf welke hoogte?’

‘Ik heb een gedeeltelijke dwarslaesie vanaf Th3.’

‘Aha, dus u kunt wel kleine stukjes lopen?’

‘Nee, niet noemenswaardig.’

‘U bent dus volledig gekluisterd aan uw rolstoel.’

‘Gekluisterd? Dat klinkt alsof iemand me heeft vastgeketend… Ik kan wat kleine stapjes in een loopbrug, maar dat is toch niet heel relevant voor wat we vandaag gaan bespreken?’

‘Prima. Wat kan ik voor u doen?’

Ooit leerde ik als beginnend radiomaker bij 3FM dat een interview beter loopt als je open vragen stelt. Omdat je anders kans hebt dat je gesprekspartner alleen maar telkens ‘ja’ of ‘nee’ antwoordt, en het dan een saai interview wordt. Vandaag kwam ik tot de conclusie dat ook mensen in de medische sector verder komen met het stellen van open vragen. 


Gerelateerde blogs