De revalidatietechnologie speelt steeds beter in op de situatie van de individuele patiënt. ‘Dit geeft hem of haar meer de regie terug over eigen leven’, stelt Hans Rietman, hoogleraar revalidatiegeneeskunde en technologie aan de Universiteit Twente en voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen.

De ontwikkelingen in de revalidatietechnologie gaan snel en zijn heel divers, zegt Hans Rietman. Zo maakt de informatietechnologie het voor patiënten steeds makkelijker om afspraken te maken met behandelaars en met hen in gesprek te gaan. Patiënten kunnen hun eigen gezondheidstoestand thuis beter monitoren. Belangrijk is de opkomst van ‘gaming’ in de revalidatie, inzet van computerspelletjes bij oefening. ‘Na een herseninfarct kunnen met games arm- en handfuncties worden verbeterd en ook thuis onderhouden worden. Dat is belangrijk voor de gebruikers, omdat zij eigenlijk hun leven lang moeten blijven oefenen.’ Informatie over de resultaten van die training kan weer worden teruggesluisd naar de behandelaars, die zo beter inzicht krijgen in de toestand van de patiënt.

Verder worden prothesen en orthesen steeds lichter en sterker door de toepassing van nieuwe materialen, en sluiten zij steeds meer aan bij de wensen en bedoelingen van de patiënt. Zo kan de patiënt, door het registreren van een lichte spieraanspanning, een actieve orthese aansturen. Ook komen er meer zachte materialen: de soft ‘robotics’. Roessingh heeft al geëxperimenteerd met een soft robotische handschoen om de handkracht te versterken.

Rolstoel zoals een elektrische fiets

Ook in de rolstoeltechnologie gaat het snel. ‘Rolstoelen worden steeds lichter en stijver, maar vooral de aandrijving verbetert. Het wordt steeds gewoner om een rolstoel te hebben die meehelpt maar niet alles overneemt, zoals een elektrische fiets. Zo kan een patiënt maximaal blijven bewegen zonder de schouder teveel te belasten. Die afstemming op de individuele patiënt wordt steeds beter.’ Een andere belangrijke ontwikkeling is die van de ‘virtuele coaches’: computerprogramma’s die de patiënt individueel begeleiden. ‘Zo’n coach kan bijvoorbeeld bepalen wanneer een patiënt meer moet bewegen, of medicatie moet innemen.’

Menselijke rol blijft belangrijk

Rietman verwacht dat deze ontwikkelingen binnen vijf tot tien jaar een grote vlucht nemen en voor het grote publiek beschikbaar komen. ‘Alleen de ontwikkeling van een goede brain-computer interface, waarmee je rechtstreeks vanuit je hersenen bijvoorbeeld een rolstoel aanstuurt, gaat langer duren.’

Naast de puur technologische ontwikkeling blijft de menselijke rol minstens even belangrijk. ‘Want de samenwerking tussen mens en technologie bepaalt het uiteindelijke resultaat. En dus de meerwaarde voor de gebruiker, en zijn zelfredzaamheid en eigen regie.’

Hololens: speels oefenen op maat

De hololens is een soort bril waardoor je de werkelijkheid ziet, én dingen die de therapeut wil dat je ziet. Henk Westbroek, bekend uit de media en politiek, probeerde het uit met zijn nieuwe knie. Tijdens die oefening moest hij ‘ballonnen’ raken die niet echt bestaan, maar die de revalidant wel ziet door die hololens. Zo kan de therapeut hem oefeningen laten doen die precies bij hem passen. Bekijk de korte film waarin Henk Westbroek de Hololens probeert: https://www.rtvutrecht.nl/nieuws/1670932/henk-westbroek-revalideert-high-tech.html

Vrijwel alle revalidanten kunnen baat hebben bij de hololens, zeggen de experts. Revalidatiecentrum De Hoogstraat experimenteert onder meer met het gebruik door jonge patiënten met hersenletsel: virtueel moeten die letters verzamelen om woorden te maken. Zo trainen ze lichamelijk, maar ook cognitief.

De bril registreert hoe de patiënt precies beweegt: belangrijke informatie voor de behandelaars. De oefeningen zijn leuk en gevarieerd en dus beter vol te houden. Thuis kunnen patiënten beter oefenen, op maat. Hoogstraat-bewegingswetenschapper Joep Janssen zegt dat het nu wachten is op de grootschalige ontwikkeling van de software.

Fitbit: zien hoeveel je écht beweegt

Zeven jonge patiënten met chronische pijn en vermoeidheids- klachten gebruikten afgelopen herfst een bijzondere armband van Revalidatiecentrum Rijndam: een Fitbit. Dit polsbandje meet niet alleen hoeveel ze bewegen, maar ook hoe snel ze dat doen en hoe hoog hun hartslag daarbij is. Deze kinderen en jongeren, en hun therapeuten, zien zo duidelijk hoe actief ze écht zijn. Want dat weten ze anders vaak niet goed: ze denken bijvoorbeeld heel actief te zijn geweest, terwijl ze dat niet waren. Of ze nemen juist te weinig rust. De patiënten bespreken de meetresultaten met hun behandelaars. Toegesneden op de individuele situatie onderzoeken patiënt en behandelaar samen hoe de jongere meer, of juist minder kan gaan bewegen. Begin maart liep de proef af. Het revalidatiecentrum gaat nu besluiten of het gebruik van de Fitbits wordt uitgebreid naar andere patiëntengroepen, en mogelijk ook naar de poliklinische behandeling.

Tikkertje met AIRplay

Op de AIRplay ground kunnen kinderen van zes tot twaalf spelletjes spelen. Tikkertje bijvoorbeeld, waarbij ze ‘tikken’ met een lichtgevende cirkel. De omvang van de cirkel wordt aangepast aan het gemak of de moeite waarmee het kind zich beweegt.

Thuis kunnen de kinderen verder spelen en met bewegen bonuspunten verdienen dankzij een app. Dit levert een beloning op als ze weer op de AIRplay ground zijn, en de therapeut kan zien hoeveel ze thuis hebben gedaan. Het ‘spelen op maat’ maakt bewegen leuker, en de kinderen actiever. Dat bleek al uit gebruik van de eerste AIRplay ground door astmapatiëntjes in het Medisch Spectrum Twente. Binnenkort krijgt het Roessingh, Centrum voor Revalidatie er ook een. Om te beginnen om kinderen met motorische beperkingen te helpen actiever te worden.